- 22 november 2021
- Tips & Tricks
35 tips voor een brandveilige woning
Woningen worden steeds brandveiliger, toch worden er nog elk jaar duizenden woningbranden gemeld. We willen er niet aan denken maar toch is het verstandig om eens na te gaan of uw woning voldoet aan de brandveilige eisen. Met een aantal simpele maar zeer belangrijke maatregelen en acties kunt u straks brandveilig wonen.
1.Vermijd te alle tijde brandbare materialen in de meterkast. Dus geen paraplu’s of kartonnen dozen.
2. Schaf een aardlekschakelaar aan. Deze schakelaar zorgt ervoor dat elektrische installaties spanningsloos worden op het moment dat er lekstroom optreed. Geen elektrocutiegevaar is ook een verminderde kans op brand.
3. Doet u ‘s nachts de deur van binnen op slot? Bewaar uw sleutels dan altijd op dezelfde, eenvoudige plek. Zoals op de trap of in de lade van uw nachtkastje.
4. Maak een ‘vlucht-proof’ looproute. Dit houdt in dat er geen grote obstakels in de weg staan.
5. Met een reflecterend huisnummer weten de hulpdiensten direct waar ze naartoe moeten, mocht er wel brand uitbreken.
6. Plaats evenals in de meterkast, géén brandbare materialen rondom de cv-ketel.
7. Laat jaarlijks uw cv-ketel controleren. Op het moment dat de cv-ketel een slechte verbranding heeft, kan er koolmonoxide ontstaan.
8. Heeft u een droger? Reinig dan na elke droogbeurt het filter en maak de luchtafvoerslang stofvrij.
9. Controleer regelmatig de slangen en kranen van de wasmachine. Een lek kan namelijk zorgen voor kortsluiting en dus brand.
10. Installeer een fireblocker op de binnenkant van uw droger of wasmachine. Bij brand komt er automatisch een blusmiddel vrij.
11. Blijf te alle tijden in de buurt van de keuken wanneer u aan het koken bent.
12. Vlam in de pan? Sluit de pan af met een deksel, zo komt er geen zuurstof bij de vlam. Gebruik absoluut geen water om het vuur te blussen, hierdoor kan er juist een steekvlam ontstaan.
13. Maak regelmatig de afzuigkap stofvrij. De meeste roosters zijn vaatwasmachinebestendig.
14. Controleer de slang van een niet-ingebouwd gasfornuis regelmatig op scheurtjes. Deze slang dient u om de 15 jaar te vervangen.
15. Controleer voordat u weggaat of het gasfornuis of de kookplaat uitstaan.
16. Hetzelfde geldt voor het andere apparaten zoals het koffiezetapparaat, tosti-ijzer en/of de broodrooster.
17. Laat ook de boiler of geiser jaarlijks controleren. Deze apparaten kunnen, net zoals de cv-ketel, koolmonoxide veroorzaken. Tip: een goed afgestelde geiser geeft een blauwe vlam.
18. Bewaar licht ontvlambare vloeistoffen niet in uw keukenkastje, eerder in een goed geventileerde ruimte.
19. In de woonkamer liggen vaak veel snoeren; van de televisie, radio en van lampen. Gebruik hiervoor altijd goedgekeurde, onbeschadigde stekkerdozen.
20. Stekkerdozen mogen niet zomaar aan elkaar gesloten worden. Hierdoor kan overbelasting ontstaan.
21. Leg geen snoeren onder een mat of tapijt. Controleer snoeren ook regelmatig op knikken.
22. Wanneer u niet thuis bent, is het verstandig om apparaten zoveel mogelijk uit te schakelen. Met name grote apparaten, zoals de TV trekken veel stof en warmte aan.
23. Haal opladers die u niet gebruikt ten alle tijden uit het stopcontact.
24. Brandt er regel een kaarsje in uw woning? Plaats deze niet te dichtbij brandbare materialen, zoals gordijnen of hangdecoratie.
25. Vervang halogeenlampen voor LED- of spaarlampen en plaats ook deze lampen niet te dichtbij gordijnen.
26. Heeft u een schoorsteen? Laat deze dan jaarlijks reinigen of controleren door een schoorsteenveger.
27. Mocht het onweren, haal dan zoveel mogelijk stekkers uit de stopcontacten om hiermee blikseminslag te voorkomen.
28. Plaats in nachtlampjes altijd een brandveilige LED lamp. Kijk voor gebruik goed op de verpakking of het daadwerkelijk een brandveilige lamp betreft.
29. Tijdens het slapen, ruikt u niets. Hang daarom rookmelders in de buurt van de slaapkamers.
30. Maakt u in de winter graag gebruik van een elektrisch deken? Houd dan ook rekening met brandgevaar. Laat het deken uw bed eerder vooraf opwarmen, dan dat u deze de hele nacht aan laat staan en vervolgens wellicht vergeet.
31. Heeft u een elektrisch bed? Controleer dan ook regelmatig de kabeltjes hiervan.
32. Bewaar aanstekers, lucifers en andere brandbare voorwerpen uit het bereik van kinderen.
33. Hang op iedere verdieping van uw woning minstens één rookmelder. Bij voorkeur dus ook op zolder.
34. Schaf een brandblusser of blusdeken aan, in sommige gevallen kunt u kleine brandjes zelf blussen.
35. Bespreek de vluchtroute met uw gezin en/of huisgenoten, mocht er wel brand uitbreken. In dergelijke situaties waarbij veel rookontwikkeling ontstaan raakt men soms de oriëntatie kwijt. Bespreek dus herkenbare punten in uw woning die behoren tot de vluchtroute, zoals: bepaalde kasten of hoeken in de woning.
Alhoewel wij er niet vanuit gaan, zullen er vast een aantal tips tussen zitten waar u wat mee kunt. Brandveiligheid begint namelijk altijd bij uzelf. Wij wensen u veel succes!